Weernieuws


Biologen brengen gevolgen klimaatverandering in kaart

Een vandaag gepubliceerde studie (8 januari 2004, Nature) naar de gevolgen van klimaatverandering levert een dramatisch toekomstbeeld op. Onze flora en fauna zal aanzienlijk verarmen, maar de mier zal het wel redden. En zuidelijke soorten zullen naar Nederland oprukken, voorspellen biologen.

Bron: en

Door op de afbeelding te klikken kunt u het Nature-onderzoek in PDF formaat downloaden.

Door onze redactie wetenschap

ROTTERDAM, 8 JAN. Biologen schatten dat als gevolg van het opwarmen van de aarde over vijftig jaar tot een kwart van alle plant- en diersoorten op het land zal zijn uitgestorven. Die alarmerende conclusie trekken zij uit een modelberekening die vandaag is gepubliceerd in het Britse wetenschappelijke tijdschrift Nature.

Het gaat om voorspellingen die zijn gebaseerd op een steekproef onder iets meer dan duizend soorten, verspreid over de hele wereld. Computerberekeningen op basis van klimaatvoorspellingen van het Intergovernmental Panel on Climate Change laten zien dat 15 tot 37 procent van de onderzochte soorten in 2050 verdwenen zal zijn.

Als de berekeningen van de onderzoekers gelden voor de totale biodiversiteit op aarde, dan zullen meer dan een miljoen soorten met uitsterven bedreigd worden. Het gaat daarbij vooral om soorten die toch al kwetsbaar zijn en door de klimaatsveranderingen over de rand worden geduwd. ,,Vooral soorten die beperkt zijn in hun mobiliteit of soorten die hoge eisen stellen aan hun leefomgeving zullen in het nauw komen door de klimaatverandering'', zegt Michel Bakkenes van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in Bilthoven, een de auteurs van de Nature-studie.

De soorten die volgens de studie op uitsterven staan, zijn onder meer Boyd's bosdraak, een Australische hagedissensoort, de harlekijnkikker uit Costa Rica, de muskaatnotenboom uit Brazilië en de Zuid-Afrikaanse tolbosplant Leucadendron touwsrivierenses. In Europa schatten de onderzoekers dat een kwart van de vogelsoorten het loodje zal leggen onder het slechtste scenario, en zo'n 17 procent van de plantensoorten.

Maar ook al zal het klimaat een flink gat in de biodiversiteit slaan, dan nog zal de aarde niet het aanzien krijgen van een kale planeet. Algemene en flexibele soorten als de brandnetels en de mieren zullen wel overleven en de plaats innemen van de verdwenen soorten.

Volgens Bakkenes geeft de alarmerende publicatie waaraan hij meewerkte geen 'harde cijfers', maar een verwachting. ,,Het is een risicoanalyse. We kunnen niet met zekerheid voorspellen of bepaalde soorten planten en dieren zullen uitsterven, maar in ieder geval is duidelijk dat deze soorten onder zeer zware druk zullen komen te staan als gevolg van de opwarming. Het zou kunnen dat sommige bedreigde soorten zich weten aan te passen en dan is het effect natuurlijk minder. Ons onderzoek is een steekproef. Het geeft een beeld dat representatief is voor de overige natuur.''

De huidige snelle opwarming van het aardse klimaat wordt toegeschreven aan de menselijke uitstoot van broeikasgassen, voornamelijk kooldioxide, methaan en stikstofoxide. De gassen in de atmosfeer houden meer zonnewarmte vast, waardoor de gemiddelde temperatuur op aarde toeneemt. Klimaatzones schuiven daardoor op naar de polen en naar hoger gelegen gebieden. De planten en dieren zijn vaak gedwongen mee te verhuizen. Zij die dat niet snel genoeg kunnen, gaan ten onder.

Bakkenes onderzocht de verwachte verschuivingen in landplanten in Europa. Volgens Bakkenes zal de uitsterfgolf als gevolg van het warmere klimaat in Europa vooral toeslaan in de mediterrane landen: Spanje, Portugal en Italië. ,,In Nederland zal er waarschijnlijk niet zoveel uitsterven, omdat wij een gematigd klimaat hebben'', aldus Bakkenes. ,,Wel zullen we hier verschuivingen zien; zuidelijke soorten zullen naar ons toekomen. Een voorbeeld is de tijgerspin die zich hier onlangs vestigde. Dat kan er misschien zelfs toe leiden dat we in Nederland per saldo meer soorten krijgen als gevolg van de klimaatverandering.''

De huidige studie heeft zich alleen gericht op dieren en planten die op het land leven. Driekwart van het aardoppervlak is echter geen land maar zee. Van de biodiverstiteit in zee is relatief nog maar weinig bekend. Toch kan Bakkenes zich ook voorstellen dat de opwarming van het klimaat hier ook effecten zal hebben. ,,Of er ook soorten zullen uitsterven, weet ik niet. Maar het is bijvoorbeeld wel bekend dat op bepaalde plaatsen koraalriffen zijn doodgegaan als gevolg van een stijging van de zeewatertemperatuur.''Op aarde leven naar schatting 14 miljoen plant- en diersoorten. Op dit moment worden volgens natuurbeschermers minstens 12.000 daarvan met uitsterven bedreigd. Als de voorspellingen uit de Nature-studie kloppen, zal het klimaat de belangrijkste bedreiging worden voor de biodiversiteit. Anders dan verstoring van de leefomgeving, wat nu het grootste probleem vormt in het natuurbehoud, werkt deze nieuwe bedreiging globaal door, dus ook op relatief onaangetaste plaatsen waar de mens nog nauwelijks komt.

In de geschiedenis van de aarde hebben natuurlijke klimaatschommelingen eerder gezorgd voor flinke verschuivingen in soortenaantallen en -verspreiding. Ook toen ging dat ten koste van soms een aanzienlijk aantal soorten. Maar toen kwam de mens er nog niet aan te pas.